Cultuurbarbarisme of onbenul?
28 maart 2009
Al een klein half jaar worden we in de media dood gegooid dat er een economische crisis is. De oorzaken zijn bekend en er wordt gezegd dat het allemaal anders moet. Men struikelt massaal over bonussen bij banken en de publieke sector, maar als de soep wat is afgekoeld voel ik al aankomen dat er uiteindelijk niets gaat veranderen. Op dit moment vinden er in Amerika al massale fusies plaats tussen grote bedrijven, terwijl toch wel duidelijk dat juist die grote bedrijven een zodanige invloed op de economie hebben, dat het helemaal niet verstandig is om van die megaconcerns te hebben. Het zijn juist de grote jongens die zijn omgevallen en voor de problemen hebben gezorgd omdat toezicht bijna onmogelijk is.Als het in het bedrijfsleven niet leren, dan is de vraag wat de politiek leert van deze zogenaamde crisis. In Den Haag heeft men er 4 weken over gepraat en is uiteindelijk gekomen met een half zacht ei. Eén ding lijkt echter wel positief en dat is dat er een soort noodwet wordt aangenomen waarmee procedures van projecten worden verkort. Niet bespaart dit erg veel geld, maar er zal ook sneller resultaat geboekt worden. Dat is in ons aller voordeel, behalve dan voor diegenen die graag overal bezwaar tegen willen maken.
Jammer genoeg is die wind nog niet aangekomen in ’s-Hertogenbosch. Afgelopen week werd het plan van het college om te komen tot aanpak van het Theater aan de Parade besproken. De situatie is simpel; het gebouw uit 1976 is versleten. Het dak lekt, pleisterwerk en muren komen naar beneden, het podium is te klein voor de huidige producties en het biedt het publiek te weinig het “avondje theater” gevoel. Hoewel er nu nog winst in de boeken staat, zou dat volgens directeur Vermeulen snel afgelopen kunnen zijn als grote productie bureaus besluiten ’s-Hertogenbosch te gaan overslaan in hun programmering. Kortom alle reden om in te grijpen. Gelukkig zijn de meeste partijen het daar ook wel over eens. Maar daar houdt het dan ook mee op.
Het college schreef een raadsvoorstel om snel de procedure op te starten, zodat in 2012 (!) begonnen kan worden met de bouw om zo in 2015 klaar te zijn, net op tijd voor het Jeroen Bosch jaar in 2016. IK denk dan bij me zelf: 6 jaar voordat er een nieuw theater is, is dat slagvaardig? Helaas kon de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling (waar cultuur ondervalt) die snelheid niet waarderen. Nee, eerst moet er overlegd worden met het gehele culturele veld, want anders zou er concurrentie kunnen ontstaan. Nu heeft ’s-Hertogenbosch de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in podia en met succes, want de meeste podia draaien met succes, mede dankzij de subsidies. Nu moet u weten dat alle podia in de stad, incluis Rosmalen minder dan 300 stoelen hebben, terwijl het Theater aan de Parade een tweetal zalen zou moeten krijgen met 1200 en 500 stoelen. Dan gaat het om producties die niet zouden passen in de kleinere zalen, dus in die zin geen concurrentie. Je zou dan kunnen stellen dat er meer mensen naar het Theater aan de Parade zouden gaan en dus minder naar de kleinere podia, maar gezien het feit dat Vermeulen aangaf dat de bezettingsgraad nu al zo hoog is dat er soms mensen teleurgesteld moeten worden, lijkt dat ook een slecht argument. Maar de raad wil eerst een culturele visie en een podiumnota.
Dan was er nog het argument van de locatie. Moet het huidige pand worden verbouwd (lijkt me niet als het versleten is) of moet er nieuwbouw komen op dezelfde of een andere locatie. Als er niets mis is met de huidige locatie en het publiek komt er massaal op af, waarom zou je dan ergens anders gaan zitten. Diverse alternatieven werden aangereikt, maar dat lijkt me allemaal niet verstandig. Bij het Theater gaat het niet alleen om het Theater zelf, maar ook om de omgeving. Zo pikt de horeca nabij het theater een graantje mee en wellicht ook anderen. Andere locaties kunnen als nadeel hebben dat er een ingrijpende wijziging in het bestemmingsplan nodig, wat alleen maar nodeloos vertraagd. De huidige locatie is geschikt, ondanks de kleine omvang van 3000 vierkante meter. Een (kleine)aanpassing van het huidige bestemmingsplan zou op die locatie toch redelijkerwijze snel geregeld moeten kunnen zijn, zeker nu er wind vanuit Den Haag en Brussel aankomt.
Tenslotte de kosten, geschat tussen 30 en 50 miljoen euro. 25 miljoen is al in de meerjarenbegroting opgenomen, alleen nog niet gedekt. Je kunt er op wachten dat de provincie, het Rijk en Brussel wel zullen bijspringen, dus dat lijkt me niet iets om je zorgen over te maken. Bovendien zal een definitief voorstel wel met een financiële onderbouwing komen, dus ook dit is een slechte reden om de voortgang te vertragen. Bovendien is 50 miljoen over 30 tot 35 jaar per jaar maar een geringe investering.
Helaas blijkt voortvarendheid nog niet bij de Bossche politici te zijn doorgedrongen. Men wil eerst van alles op de juiste volgorde doen om een mogelijke tegenstrijdigheid uit te sluiten. Een nobel streven, maar men verliest wel het doel uit het oog. De praktijk is nu eenmaal anders dan gevestigde regeltjes. Politici zouden dat moeten weten en daar ook een risico in te durven nemen. Maar helaas, besteed men liever veel geld aan onderzoek om risico’s te vermijden. De vraag is simpel: mogen we voorbereidingen gaan treffen om te komen met een plan voor een (ver)nieuw(d) Theater. De kosten van die voorbereiding worden geschat op 300.000 euro, maar de commissie vond het niet goed. Wethouder Weterings gaat weer terug naar de onderhandelingstafel, komt straks met een aantal aanvullende notities om de commissieleden tevreden te stellen en mag dan alsnog zijn onderzoek doen. De lafheid van de politici of is het onkunde leidt nu weer tot veel bureaucratie.
De tijd dat men er 20 of 30 jaar overdoet om tot een besluit te komen (Randweg, omlegging Zuid Willemsvaart) lijken nog niet achter ons. Politici zijn gekozen om besluiten te nemen en niet om maar eindeloos op kosten van de belastingbetaler te overleggen en te onderzoeken. De nieuwe politiek is simpel: doe een vooronderzoek waar je op hoofdlijnen de voor en tegens van een project onderzoekt (maximaal 2 jaar), maak een voorstel, bespreek het, pas het aan en ga aan de slag. Dat heet slagvaardigheid, maar of dat ooit bij politici zal gebeuren, ik betwijfel het.
NB: ik heb niets met het Theater aan de Parade, kom er zelden, maar ik gun de liefhebbers hun vermaak. Helaas lijkt het er op dat de politici daar veel genuanceerder over denken.