Is een mening nog een mening?
17 december 2005
Als columnist heb je vaak een eigenzinnige mening, die anderen aanzet tot nadenken, reageren of soms tot veranderingen. Nu publiceer ik al tijden niet meer, althans niet meer regelmatig. Toen ik door de redactie van deze site benaderd werd om af en toe columns te schrijven, heb ik daar lang over nagedacht. Wil ik wel of mijn mening bijdraagt aan een debat? Nee dat wil ik niet, maar gezien de éénzijdigheid waarmee media omgaat met de meningsvorming, wil ik toch wel een poging doen om er iets aan bij te dragen.Veel mensen hebben wel een mening, maar je kan je afvragen waarop die is gebaseerd. Om je een mening te vormen, moet je beschikken over informatie. Omdat veel mensen niet weten hoe ze aan de juiste informatie moeten komen of daar geen tijd voor hebben, zijn ze in grote mate afhankelijk van wat diverse media (kranten, tv, radio en internet) er voor aandacht aan besteden. En niet alleen dat ze er aandacht aan besteden, maar ook op welke wijze, want neutraliteit is van groot belang. De media hebben een enorme macht in Nederland (of overal op de wereld). Als het niet de media was geweest die aandacht had besteed over de leveringen van documenten aan Kongo, dan was minister Verdonk nooit door het stof gekropen. Als de media geen aandacht had besteed aan de problemen in de jeugdzorg, dan was dit niet eens op de politieke agenda verschenen. Je kan je alleen afvragen of dat belangrijk is.
Dus media kunnen bepalen wat men hoort en ook hoe men het hoort. Natuurlijk kan de gewone mens een eigen mening vormen over datgene wat men hoort, maar hoe getekend is die mening? Het gaat er niet alleen om wat je hoort, maar vooral om wat je niet hoort. En om een duidelijke mening te vormen moet je dus alle kanten van een verhaal horen, oftewel iets objectief kunnen benaderen.
Nu is de media veel, maar vaak niet objectief. Maar wellicht nog veel interessanter is wie de media beheren. Journalisten mogen dan wel roepen dat ze onafhankelijk zijn, maar dat zijn ze niet. Ze werken voor een bedrijf en een bedrijf moet winst maken. Er is dus vaak een commercieel belang. Het Brabants Dagblad schreef vaak met die achtergrond artikelen. Het moest spraakmakend, want mensen moesten de krant kopen. Dus door zaken in een wat misleidend kader te stellen, kwamen er artikelen die inhoudelijk wel juist waren, maar zeker niet bijdroegen tot een objectieve meningsvorming, vooral door het weglaten van informatie. Nu er een nieuwe stadsredactie is, zijn de artikelen wel wat verbeterd, maar het commerciële belang loert om de hoek.
Het is sowieso al gevaarlijk om af te gaan op één medium. Gelukkig biedt internet een mooi platform voor discussie. Hoewel de meeste mensen toegang hebben tot internet, wil dat nog niet zeggen dat deze mensen ook de weg weten te vinden tot die informatie. De krant blijft het meest geciteerd, terwijl menigeen er al rekening mee houdt dat het gedrukte medium over 5 tot 10 jaar is verdwenen. De jongere mensen lezen al bijna helemaal geen kranten meer, alleen de ouderen doen dat nog uit een nostalgisch besef. Daarom zijn alternatieven noodzakelijk. Zeker als je weet hoe de media beïnvloed wordt. Want veel journalisten worden ook gestuurd. Door de politiek, door bedrijven en organisaties die ergens belang bij hebben.
Nu de gemeenteraadsverkiezingen er aan komen, zal ook de krant een belangrijke rol gaan spelen. De vraag is dan wat er naast internet, nog meer voor alternatieve media is. Niet veel, alleen de lokale omroep oftewel de publieke omroep. Nu zit de publieke omroep in een verdomhoekje. In Den Haag probeert Medy v.d. Laan veel geld te besparen op de omroep. Ik kan haar volgen als het gaat om het vermaak van spelletjes, maar het gaat veel verder. Het riekt naar staatsinvloed op de media. Die is er al, maar dreigt nu zelfs Amerikaanse vormen aan te nemen. Ook op lokaal niveau wil het college zo. Vanuit het rijk krijgt de gemeente 59.000 euro voor de lokale omroep, maar die mogen ze ook aan andere zaken uitgeven (en dat momenteel dus ook doet). Nu is de lokale omroep in ’s-Hertogenbosch er eentje die de afgelopen jaren veel (imago) schade heeft opgelopen. Ze zijn failliet gegaan, overgenomen, teruggekomen, weer in een verdomhoekje gestopt en beweren nu dat ze echt op de weg terug zijn. De vraag is of dat zo is. Sinds de faillietverklaring heeft de omroep qua onderdak door de stad gezworven. Elk jaar zaten ze in een ander pand en de afgelopen tijd zaten ze helemaal zonder pand. Nu schijnen ze weer onderdak te hebben, maar ik vraag me af voor hoe lang dat is. Hoe dan ook, van een echt constructieve opbouw is geen sprake. Wie hun eigen website naleest, kan met eigen ogen zien dat de omroep met regelmaat wordt getroffen door technische storingen. Deze omroep zou dan een alternatief moeten vormen voor het Brabants Dagblad? Ik vrees dat ze daar het komende jaar niet toe in staat zijn en zeker niet om bij te dragen aan de meningsvorming in het Bossche. De vraag komt dan ook naar boven of een subsidie aan deze club wel terecht is? Ik denk van wel, maar de gemeente wil daar weer allerlei voorwaarden aan verbinden. Sterker nog, ze willen werken met projectsubsidies, wat dus inhoud dat de gemeente de omroep opdrachten geeft voor het maken van items en die dan uit gaat zenden. Hoeveel overheidsbeïnvloeding wil je hebben?
De volgende vraag is natuurlijk of dat clubje van amper 60 vrijwilligers wel in staat is om objectief bij te dragen aan een meningsvorming in deze stad. Ik denk van niet. Als je ziet wat ze brengen, dan wordt je daar niet vrolijk van. Natuurlijk is het leuk om de intocht van Sinterklaas en de Kerstman te zien of verslagen van voetbal te horen. Af en toe een interviewtje met een organisatie die wat wil, maar dan weggestopt in een middagprogramma op de radio.
Boschtion heeft dus niet de middelen en de mensen om een waardige bijdrage te leveren aan deze stad. Daar zal dus fors in moeten worden geïnvesteerd. De vraag is of daar al een visie op is. Het bestuur of de vrijwilligers laat daar maar verdomd weinig van doorschemeren. Als ze publieksgeld krijgen, dan zullen toch wel duidelijke plannen tentoon moeten spreiden. Maar voorlopig zijn ze alleen maar bezig met het inrichten van een pand, zorgen dat het technisch net allemaal loopt en ongetwijfeld zijn ook bezig het commissariaat voor de media en het college te voorzien van de nodige rapporten en jaaroverzichten. Met objectieve meningsvorming zijn ze vast nog niet bezig.
Zolang de overheid geen middelen beschikbaar stelt om onafhankelijke journalistiek te bedrijven en er geen journalisten zijn die onafhankelijk nieuws en achtergronden kunnen brengen, zal een mening maar een mening blijven.